zondag 24 februari 2013

Wanneer? Waarheen? Hoe?

Het is februari, en voor mensen die hun leven op een enigszins georganiseerde wijze proberen te leiden wil dat zeggen dat dit de beste tijd is om na te denken over de zomervakantie.
Zelf ben ik niet erg georganiseerd, en ik geef niet zo veel om reizen, maar voor sommigen in mijn gezin ligt het anders. Dus ook ik denk na over mijn, of liever gezegd onze, zomervakantie. Wanneer? Waarheen? Hoe?
Op het gebied van het wanneer ben ik mak als een lammetje. Aan het wanneer zitten geen duurzame kanten.
De duurzame aspecten van het waarheen zijn vrij eenvoudig uit te vogelen. Een verplaatsing van een kilometer kost een bepaalde hoeveelheid brandstof en levert dientengevolge een bepaalde hoeveelheid vervuiling op. Elke kilometer die je verder van huis gaat, maakt je vakantie minder duurzaam.
Het allerbelangrijkst is natuurlijk het hoe. De keuze van je vervoermiddel, díe zet nog eens zoden aan de dijk!
Wie met de fiets op vakantie gaat kan zover weg rijden als hij maar wil zonder zich druk te maken over wat hij uitstoot aan CO2 en fijnstof.
Mijn goede vader fietste, toen hij de zestig al ruimschoots gepasseerd was, fluitend van Palermo naar Nijmegen. De meesten van ons, laten we heel eerlijk zijn, zouden dat ook kunnen. Alleen niet fluitend. En we zouden er, ongetraind als de meesten van ons nu eenmaal zijn, waarschijnlijk twee keer zo lang over doen als die eerbiedwaardige grijsaard. Maar het kán. De enige vervuiling die je veroorzaakt bestaat uit de deeltjes rubber die onderweg van je banden afslijten, en het extra voedsel dat je moet nuttigen om genoeg energie te krijgen. Dat laatste is, gezien de obesitas-epidemie, waarschijnlijk geen relevante overweging: voor de meeste mensen komt het er niet op aan extra voedsel te eten, het komt erop aan het teveel aan voedsel dat ze nu binnenkrijgen, daadwerkelijk te gebruiken. Dat is nog niet helemáál klimaatneutraal: het teveel aan voedsel wordt omgezet in warmte (zweten!) en bewegingsenergie (die grotendeels ook weer omgezet wordt in warmte), maar dat is waarschijnlijk te weinig om echt invloed te hebben op de klimaatverandering. Een veel groter effect is dat de lichaamsbeweging je gezond houdt, en dat je dus langer doorleeft. Leven, voor de hedendaagse mens, is vervuilen; voor het milieu is uw gezondheid een kleine ramp. Maar verdorie, je mag ook wel eens egoïstisch wezen.
Overigens, voor wie het zich afvroeg: mijn vader heeft niet zijn hele leven in Palermo gewoond. Hij is er met het vliegtuig heengegaan en toen teruggefietst.
Dat was dus niet zo'n duurzame vakantie. Dat vliegtuigen grote hoeveelheden CO2 uitstoten hoeft nu toch waarachtig niet meer vermeld te worden. Dat ze ook nog veel kwaad doen door het uitstoten van stikstofoxiden, die de vorming van ozon veroorzaken is ook wel bekend, maar er mag nog af en toe aan herinnerd worden (Huh? We hadden toch juist een gat in de ozonlaag? Dan is wat extra ozon toch een goede zaak? Nee. De ozonlaag met zijn roemruchte gat bevindt zich in de stratosfeer. Vliegtuigen vliegen lager dan dat, namelijk in de troposfeer, waar ozon werkt als broeikasgas.Locatie is alles; een stuk betonijzer in je balkon voorkomt instorting, een stuk betonijzer in je hoofd is domweg onplezierig.)
Onlangs stuitte ik op het volgende flauwekul-argument:
Dat vliegtuig vliegt toch wel, of je er nu in zit of niet, dus vliegen veroorzaakt geen gram extra CO2. Een reis met de auto wel. Dus je kunt met een gerust hart in het vliegtuig stappen.
Afgezien van het feit dat dit argument op een onwaarheid is gebaseerd - elke kilogram die een vliegtuig verplaatst kost extra energie, dus extra brandstof, dus je aanwezigheid levert wel degelijk extra CO2 op - en een stropop aanvalt - de keuze om niet te vliegen is in de eerste plaats een morele; je kiest ervoor om niet medeschuldig te zijn aan het opmaken van onze natuurlijke hulpbronnen en het veroorzaken van klimaatverandering. Je persoonlijke keuzes zullen binnen het gedrag van de mensheid als geheel nooit zoden aan de dijk zetten, maar als er ooit iemand (bijvoorbeeld je kind) aan je vraagt: waarom hebben jullie destijds de boel zo in het honderd laten lopen? Dan zul je toch in elk geval kunnen zeggen: Jullie? Hoezoe, jullie? En dat is ook wat waard - en de economsche realiteit negeert - minder vraag naar vliegtuigen resulteert in minder vliegtuigen - is het geen argument vóór vliegen. Het is een argument tégen de auto.

Over de auto volgende week meer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten